Sasbrinkven zondagmorgen

foto 5

Een bruin bordje met de tekst:
Kwetsbaar gebied
Geen toegang
Art. 461 W. v. S.

Toch loopt daar een meisje het paadje in naast het bordje. Ze bukt onder de laaghangende takken door en volgt het spoor van platgetrapt gras. Vogels fluiten, lange halen en kwinkelerend. Een koor van kikkers , hoge en lage tonen, rollend en krakend. Als het meisje het water bereikt vliegen eenden klapwiekend omhoog. Slierten nevel. Een bruin vlindertje fladdert in een bundel zonlicht. In de verte loeit een koe. Alsof zij iemand roept.

Zondagmorgen 06.30 uur. De natuur is ontwaakt. De dag begint. Een magisch moment. Het meisje ziet zichzelf weerspiegeld in het water. De zon verwarmt haar rug. Een mens in de natuur, de mooie kwetsbare natuur. In het kwetsbare is het leven het mooist. Dat geldt voor de mens. Dat geldt voor de natuur. Een ieder weet dan wat haar of hem te doen staat. Ook dat meisje.

Jammer dat bruine bordje van Staatsbosbeheer. Er zou op moeten staan:
Kwetsbaar gebied
Zul je voorzichtig zijn?
Art. 1 W.v. Leven.

“Mag ik een ijsje?”

Zaterdag 8 maart opende Atelier Bonvanie haar deuren in het Nijverdalse. Deze ondernemers hebben goede connecties met het KNMI, want het was fantastisch weer. De thermometer bleef stijgen en dat bleef, ook op zondag 9 maart was het weer om een ijsje te eten. De ondernemers van de ijszaak hebben ook een goede neus voor PR blijkbaar, want zelden heb ik zo’n lange rij voor een winkel in Nijverdal zien staan. En dan nog wel op zondag!

Ja, maar niet op zondag. U kent die gezichten wel van die kinderen die verlangend en beteuterd naar opzij kijken: kinderen aan een ijsje: ja maar wij niet, wij mogen geen ijsje, want het is zondag.

In het land van de zachte gee was dat anders, want na de mis stak je over naar de kroeg. En dan was een ijsco voor de kleinen op een zonnige dag gewoon. Hoe anders was het boven de rivieren. Zondag een feestdag, jaja, maar dan mocht er vooral veel niet, laat staan een ijsje.

De nieuwe ijszaak heeft haar deuren 7 dagen in de week open. Welke winkelwet zij hanteren weet ik niet, maar voor een ijsje is er blijkbaar geen enkele belemmering om dat op zondag aan te schaffen. En de goedkeuring van boven is er blijkbaar ook want zeg nou zelf: was het op 9 maart ooit zulk prachtig lenteweer?

ijssalon-160x300

Koffie met appelgebak. Niet doen.

Appelgebak

Me toch weer laten verleiden. Koffie met appelgebak. Zondags verorber ik het met graagte. Het kopje koffie na de kerk met opgeklopte melk en vers appelgebak. Zelfgemaakt of van de bakker. Maar koffie met appelgebak langs de weg, tijdens een fietstocht of wandeltocht: ik raad het iedereen af. Niet doen. Ook niet laten verleiden door het woord je verse. Appelgebak in dat gezellige kroegje of knijpje, is namelijk bijna nooit vers en al helemaal niet lekker. Een dot slagroom erop uit een spuitbus maakt het er al helemaal niet beter op.

Zaterdag in Brabant toch weer gedaan. De goedlachse, vriendelijke jongeman met de zachte gee verzekerde me: nee van vanmorgen bij de plaatselijke warme bakker vandaan. Niet! Uit de fabriek! Koud, klef! En ook nog lauwe koffie! Zeg je er wat van? Het kwaad is al geschied. En die jongeman ach die kan er niks meer aan verhelpen. Niet meer doen dus. Appelgebak bestellen bij de koffie. Op je wandeltocht even bij de bakker naar binnen lopen en iets lekkers uitkiezen. In je rugzak een thermoskannetje met je eigen koffie. Een mooi plekje opzoeken uit de wind, in de zon, een bankje langs de weg, plasticje onder de billen en tussen de buien door slurpen en smullen. En dan weer welgemoed verder door weer en wind.

NoemMij

04

Het is tijd om iets te vertellen over mijn naam, mijn achtergrond.. U kent mijn ooms: de lawaaierige
branieschopper en de goedmoedige krachtpatser. U kent ook mijn lieve oude tante met wie het al enige tijd niet zo goed gaat. Mijn ouders kent u echter niet. Welnu, mijn vader was een zeeman. Mijn moeder een zeemansvrouw. Zoals veel zeemansvrouwen, verlangend naar mijn vader als hij weg was, en als hij er was, verlangend dat hij weer weg zou gaan. Een hardwerkende huisvrouw was ze. Geen kwaad woord over haar. Mijn vader daarentegen was geen gemakkelijke man, en dat is vriendelijk uitgedrukt, een driftige, onberekenbare man. Ja, ik zeg het maar zoals het was.

Maar van mij geen zielig verhaal. Die pa van mij had ook heel veel mooie en leuke kanten. En vooral die zijn me bij gebleven. Zo had hij de gewoonte om iedereen bij ons thuis een door hem bedachte naam te geven. Hij verbasterde je naam of legde eigen accenten. Mijn broertje heeft een hele rij namen gehad, een ervan kent u: Suske

Ik had twee prachtige namen, vernoemd naar 2 krachtige vrouwen. Van mijn pa kreeg ik de naam die u kent. Die naam hoorde je alleen in het gezin, op goede momenten, gebezigd door mijn vader.

” Kom W.. we gaan.” Zondag naar de kerk, de mooie vader, pak, kraakhelder wit overhemd, glanzend gepoetste schoenen, zwierige tred. Een klein meisje meehuppelend. Handje in een bruin gevlekte hand. Mijn vader en ik.

Hij leeft allang niet meer mijn vader de zeeman en die naam is daarmee ook verdwenen. Heel af en toe gebruikt mijn broertje m nog wel es. Dat voelt mooi en goe. Ja, hij was niet gemakkelijk maar wat mocht ik m graag die pa van mij. Hij was en is me lief, zeer lief.

Maar… de allerliefste is mijn popje. .Zij hoort bij mij, is altijd bij mij. Voor haar ga ik door het vuur. Kom niet aan mijn Schanulleke.