De Katwijkers waren de oorlog al gauw vergeten leek het. Massaal verdwenen ze na de oorlog in het zomerseizoen met hun beddegoed naar de schuur of naar zolder. Er waren er zelfs die naar het kippenhok verhuisden. En dat allemaal om een centje bij te verdienen aan de tot voor kort nog zo gehate oosterburen. Zimmer Frei. De Duitsers werden achter hun rug wel bespot om hun kuilen op het strand, maar in hun gezicht werden ze beleefd in krakkemikkig Duits toegesproken. Bitte. Danke. Gutentag. Eitjes bij het ontbijt, vers brood, kaas en ham en eigengemaakte jam. Kaffee mit Kuchen. En de gespaarde guldens in de winter verzilveren. Nieuwe meubels, een wasmachine, een ijskast van Albert Heijn. In het voorjaar kwamen de verfkwasten te voorschijn en werd het huis weer spic en span gemaakt voor de zomer. Het bordje Zimmer Frei werd tevoorschijn gehaald en kreeg een extra likje.
Een mooie taal: Duits. Heeft even geduurd voor dat weer hardop gezegd mocht worden. Maar de oorlog is nu wel lang genoeg voorbij. Duitsers blijken aardige nette mensen te zijn, of minder aardig en minder net. Net als alle andere mensen. De oorlog is nu wel lang genoeg voorbij. Die oorlog dan. Want er zijn nog iedere dag oorlogen.
Een stroom mensen op de vlucht voor de oorlog zoekt haar heil in fort Europa en jawel: uitgerekend Duitsland gaf het goede voorbeeld: Wilkommen.
Maar goed voorbeeld doet niet altijd goed volgen. Vorige week werd een Nederlands voorstel door Europa omarmd. De grenzen gaan dicht. Turkije krijgt miljarden euro’s en daarmee de sleutel in handen de vluchtelingencrisis op te lossen. Intussen zitten overal in Europa vluchtelingen vast. Niks Wilkommen. Vluchtelingenkampen. Begrensd door meters prikkeldraad.
Kom op Europa, Nederland. Jullie met al je hebben en houwen, je meubels, je wasmachines, en je goed gevulde koelkasten. Je hoeft echt niet het kippenhok in om plaats te maken voor de oosterburen. Haal dat bordje uit de schuur en hang het op de voordeur: Zimmer Frei