verhuisboekje 

  

Nog 22 nachtjes. Dan ga ik verhuizen. Ik zal blij zijn als het zo ver is. Dat het gedaan is. Klaar. 

Ik hou niet van verhuizen. Heb het in mijn jeugd vaak gedaan. Ik vond het verschrikkelijk. Je zou het een kind niet aan moeten doen. Steeds verhuizen. Omdat je vader dominee is, of politieagent of omdat ze uit elkaar gaan of omdat ze ” iets anders” willen. Van geen van die verhuizingen heb ik een beeld. Het is zwart. De eerste keer verhuisden wij van Katwijk naar Tilburg. Mijn zus danste door de kamer en zong: we gaan naar Tilburg al aan de zee. Tilburg lag helemaal niet aan zee, Katwijk wel, maar mijn zus zag het grote avontuur wel zitten. Mijn grote zus hield van verandering. Ik werd tijdens de verhuizing een week lang te logeren gestuurd bij een tante in Rotterdam. Een tante die ik nauwelijks kende. Ik heb een week lang gehuild. Overgegeven. Ziek. Heimwee. 

Sinds die tijd zet ik mijn gevoel uit als er verhuisd wordt. De mensen om mij heen doen van alles en ik hobbel een beetje mee. Zo overleef ik. Maar nu moet ik het zelf doen en regelen. Kan me niet dood houden en na een paar dagen omhoog kijken hoe het er bijstaat. Ík ga verhuizen. 2 Keer zelfs! 

23 September heb ik een Verhuisboekje gemaakt. Dat werkt. Lijstjes maken.  Bij Transportbedrijven vind je handige lijsten en tips. Alles wat in mij opkomt schrijf ik op. Is er iets afgewerkt dan gaat er een krulletje doorheen. De afgelopen weken heb ik alles op de bovenverdieping gesorteerd. Wat weg kon, wat ingepakt moest worden en wat tot de laatste dag bij de hand moet blijven. Mijn hele leven is aan mij voorbij getrokken. De meest dierbare dingen zitten in een koffer. Dagboeken. Knipsels, kaarten, brieven, briefjes. Ik heb geconstateerd dat ik heel veel liefde heb ontvangen in mijn leven.