Op 17 maart 2004 was Renate Dorrestein in Nijverdal in de bibliotheek. Het was een leuke vrouw die er ouder uitzag dan haar leeftijd. Dezelfde humor en nuchterheid als Annie MG. Ze las een stukje voor uit Een hart van steen. Ik had haar boeken verslonden en een paar er van hadden we met ons boekenclubje besproken. Ik kan me nog het boek herinneren met aardbeien op de omslag en ik weet dat ik naar aanleiding van dat boek nooit vergeten ben wat ze zei over de loyaliteit van ouders met hun kinderen. : Er wordt altijd gezegd dat ouders loyaal zijn aan hun kinderen , maar het omgekeerde is waar, kinderen zijn ontzettend loyaal aan hun ouders.” Het ‘gezin’ noemde ze “een sociale constructie, een ogenschijnlijke veilige haven, een onaantastbaar bolwerk, waarachter kinderen zijn overgeleverd aan hun ouders.”
Op de vraag van een journalist in Trouw op 4 januari van dit jaar over het gezin waarin zij zelf is opgegroeid antwoordt ze: “Nee ik ga je bitter teleurstellen. Ik heb wel gedacht: als mijn ouders dood en begraven zijn, heb ik mijn handen vrij. Maar nu ze allebei zijn overleden, realiseer ik me dat je zelf geen mooier mens wordt als je nare dingen over een ander zegt.” En ze grapt er achter aan: “En zo meteen kom ik ze natuurlijk weer tegen in het leven na de dood. Je weet: Trouw wordt in de hemel bezorgd. Zul je zien dat ze dan net de krant hebben gelezen! Uit puur eigenbelang hou ik mijn lippen op elkaar. ” Zo laat ik meteen een mooie mythe achter: wat was er nou toch met die Renate?”
Dat zullen we dus nooit weten. De schrijfster van bij tijd en wijle afschrikwekkende verhalen zoals de moeder die een appelboor in de vagina van haar dochter stopt (“Het is mijn overtuiging dat literatuur verontrustend moet zijn. Literatuur gaat over de menselijke configuratie, die een onuitputtelijke bron van wreedheid, verraad en conflict is, en dus onherroepelijk voor leed zorgt.” ) heeft nooit over het gezin waar ze uit komt willen spreken. In een radiointerview op 28 september van Radio Kunststof is ze wijs en mild en emotioneel over haar naderende dood. Ze voelt zich gedragen door alle lieve reacties op haar ongeneselijke ziekte. Ze praat over ergens bijhoren, over verbinding, het menselijk tekort, het conflict, haar Self Chosen Family, vrienden en vriendinnen die voor haar zijn als een gezin. Tot mijn verbazing en die van de interviewster vertelt ze dat ze gelovig is en dat ze er van overtuigd is dat er een leven is na de dood. “Waarom moet je alles willen begrijpen?”
In Trouw vanmorgen staat boven haar rouwadvertentie een tekst van Tolstoi: ‘Alles, alles wat ik begrijp, begrijp ik alleen om wat ik liefheb.’
Daar ga ik eens diep over nadenken.
Dank u wel mevrouw Renate Dorrestein.