kunstkenner


Het eerste schilderij dat ik heb opgehangen na de verhuizing. Het blauwgroene vergezicht geschilderd door ooit mijn schoonvader. Ik hield ervan, hou er van. Om de kleuren, de luchten, het landschap van mijn geboortegrond. Het hing in onze kamer. Later op mijn werk waar ik er uren naar keek, al nadenkende, telefonerende, typende. Altijd verbaasd geweest dat de ongemakkelijke man die mijn schoonvader was, zulke ontroerende prachtige dingen kon maken. Want hij kon er wat van. 

Dat vond wat ooit de geliefde van mijn zoon was niet. De aankomende architecte maakte er gehakt van. Er klopte niks van het perspectief, de verhoudingen.

Iets dergelijks gebeurde vorig jaar bij de expositie Eigen Oogst. Eigen Oogst is een initiatief van een groep amateurkunstenaars in de gemeente Hellendoorn. Iedereen die het leuk vindt, te schilderen, te fotograferen, te beeldhouwen of wat dan ook maar beeldend wil uitdrukken, kan een werk inleveren, wat vervolgens de hele maand bekeken kan worden in een voormalige fabriekshal van Ten Cate. Een plaatselijk journalist had bedacht een plaatselijk  atelierhouder te vragen de werken eens met een kennersoog te bekijken. En dat deed hij. En dat was niet mals. Gehakt. En daar kwam reuring van. Mensen die zich zwaar gekwetst voelden vanwege de opmerkingen van de galeriehouder. Er zijn gesprekken onder vier ogen aan te pas gekomen om de verhoudingen enigszins te herstellen. 

Achteraf geen goed plan om zoiets te doen. Je vraagt Jaap van Zweden ook niet om een plaatselijk harmonieorkest te beoordelen. Die zou waarschijnlijk wel tactischer geweest zijn. En wat is een plaatselijke galeriehouder nou helemaal. Wie bepaalt of iets kunst is trouwens? In de kunstwereld wordt hoogdravend over kunst gesproken en er gaat veel geld in om. Heel veel geld. Onberispelijke lieden in dure pakken, mantelpakken. Glimmende schoenen, hoge hakken. En veel moeilijke woorden. Veel uitleg. En als je het snapt hoor je er bij. Een wereldje.
 Je kunt extra geraakt worden als je ziet hoe vernunftig iets bedacht, gemaakt is. Maar in de eerste plaats moet kunst je raken. Je van je stuk brengen, je irriteren, je aan het denken zetten. Je ontroeren mag ook. De kunst behoort toe aan het volk en door het volk begrepen te worden, een krantenknipsel dat ik in de weecee in een cafe in Amsterdam ooit las. Ik heb het overgeschreven op een papiertje en het jaren lang in mijn agenda bewaard. Ik vraag me nu af waarom eigenlijk. Ik denk dat het komt omdat ik een hartgrondige hekel heb aan neerbuigendheid.